Maak je je zorgen over je kind?
Ouders merken vaak als eerste dat hun kind niet lekker in z’n vel zit. Ze kunnen worden belemmerd in hun ontwikkeling door:
- sociale problemen (gepest worden, geen vriendjes)
- levensgebeurtenissen zoals verlies, echtscheiding, ziekte
- een verstandelijke beperking
- psychiatrische problematiek bij kind of ouder zoals autisme, angststoornissen, borderline en ADHD
- gedragsproblemen (deze ontstaan vaak door bovengenoemde factoren)
- problemen in de puberteit zoals worstelen met eigen ontwikkeling, zingeving, toekomst of gezag
Wat kan creatieve therapie doen?
De rol van de therapeut is niet het ‘beter maken’ van het kind, maar het helpen vlottrekken waar hij is vastgelopen. Door de therapie gaat het kind zien wat zijn mogelijkheden zijn en hij leert hoe hij in het vervolg moeilijkheden kan overwinnen of beter om kan gaan met zijn beperking. Het leert zijn ‘gebruiksaanwijzing’ kennen.
Een kind dat met creatieve therapie begint heeft al veel negatieve ervaringen achter de rug. Daarom is de therapie er altijd op gericht om het zelfbeeld van het kind te versterken. Het kind ervaart dat hij meer kan dan hij denkt en dat hij mag zijn wie hij is.
Gang van zaken
De ouders vertellen de therapeut hun zorgen over hun kind tijdens een kennismakingsgesprek. De therapeut bespreekt de mogelijkheden van de therapie.
De therapie begint met vier observatiezittingen, een observatieeen verslag en een gesprek met de ouders. Met toestemming van het kind kunnen werkstukken getoond worden. Tijdens dit gesprek deelt de therapeut haar bevindingen met de ouders en vertellen de ouders wat zij zien bij hun kind en hoe zij daarmee omgaan. Er worden behandeldoelen afgesproken. Ook denkt de therapeut met de ouders mee hoe zij hun kind het beste kunnen begeleiden.
Ongeveer elke twee maanden is er een tussentijds gesprek met de ouders.
Als het einde van de therapie in zicht komt, bespreekt de therapeut dit bijtijds met ouders en kind. Er wordt toegewerkt naar het afronden van de therapie en er is aandacht voor het afscheid. Dit is een mooi moment om nogmaals alle werkstukken samen met het kind te bekijken. Hierdoor ziet het kind wat het allemaal geleerd heeft in de afgelopen maanden.
Tenslotte is er een eindgesprek met de ouders.
Jongeren
Vanaf een jaar of twaalf kunnen kinderen zelf deelnemen aan gesprekken met de ouders, meedenken in het vaststellen van de behandeldoelen en meepraten over de voortgang van de therapie. In overleg met de ouders wordt het kind al dan niet betrokken bij de besprekingen.